Succesvolle barrières tegen cybercrime

Nederland werpt door middel van cybersecurity succesvol barrières op tegen cybercrime

Criminelen ontplooien op grote schaal hun activiteiten via internet. Zo was 1 op de 9 personen in 2017 slachtoffer van cybercrime. Achter de term cybercrime gaat een grote variëteit aan verschijningsvormen schuil van zowel klassieke criminaliteit in digitale vorm als nieuwe criminaliteit. Het gaat bijvoorbeeld om het hacken van computers om geld naar criminele bankrekeningen over te schrijven, of het ongemerkt aanzetten van camera’s en microfoons om mensen in hun eigen omgeving te kunnen bespioneren. Beroepscriminelen hebben het vooral gemunt op private organisaties en burgers voor de diefstal van gegevens die vervolgens kunnen worden doorverkocht of gepubliceerd.

Het cybersecurity beleid beoogt Nederland digitaal veilig te houden en richt zich op het geheel aan maatregelen om schade door verstoring, uitval of misbruik van ICT te voorkomen en, indien er toch schade is ontstaan, het herstellen hiervan, met bijzondere aandacht voor de vitale belangen van Nederland. De aanpak van cybercrime richt zich op het voorkómen en bestrijden van strafbare feiten en het beperken van slachtofferschap, daderschap en recidive. Daarbij gaat het om zowel hightech crime als veel voorkomende criminaliteit.

De versterking van cybersecurity en de aanpak van cybercrime worden in samenhang met elkaar vormgegeven. De verwevenheid is het sterkst op het gebied van preventieve maatregelen.