Anti-institutioneel extremisme
Anti-institutioneel extremisten blijven vanuit complottheorieën uiting geven aan hun wantrouwen tegenover verschillende instituties, waaronder de overheid. Soevereinen maken onderdeel uit van het bredere anti-institutionele milieu. Zij ontkennen op basis van complottheorieën de juridische en democratische legitimiteit van de overheid. Het anti-institutioneel extremisme vormt vooral een bedreiging voor de democratische rechtsorde. Daarnaast is er mogelijk sprake van een geweldsdreiging.
Complotdenken over ‘kwaadaardige elite’ wint aan populariteit
De coronapandemie bleek de afgelopen jaren in Nederland een katalysator voor complotdenken en gaf een impuls aan negatieve en zelfs vijandige sentimenten gericht tegen de overheid, het rechtssysteem, de media, de wetenschap en andere instituties. Bij anti-institutioneel extremisme kan onderscheid gemaakt worden tussen enerzijds aanjagers en andere fanatici, en anderzijds een grote groep volgers die in complottheorieën een copingstrategie of uitlaatklep heeft gevonden voor onvrede en onzekerheid.
Deze complottheorieën schetsen een vijandbeeld dat zo vaag wordt omschreven (‘de elite’) dat iedereen die gewantrouwd wordt, eronder kan worden geschaard. Daarbij gaat het niet alleen om overheidsfunctionarissen, maar bijvoorbeeld ook om rechters, wetenschappers en journalisten. Bovendien hebben de complottheorieën vaak een antisemitische component, hoewel aanhangers zich daar lang niet altijd bewust van zijn. Daarnaast wordt de oorlog in Oekraïne vaak in de complottheorieën betrokken. De complottheorieën zijn ten slotte zo algemeen en alomvattend dat er telkens weer nieuwe thema’s en gebeurtenissen ingepast kunnen worden. Dit maakt deze theorieën zeer duurzaam en naar verwachting zullen zij dan ook niet snel verdwijnen.
Die alomvattendheid maakt ook dat de aanhang zeer divers is. Vanuit het hele spectrum aan ideologische stromingen kan men de voor zichzelf relevante thema’s en ideeën in de complottheorieën betrekken en eigen grieven daaraan ophangen.
Ondermijning democratische rechtsorde en mogelijke geweldsdreiging
De dreiging die van anti-institutioneel extremisme uitgaat is tweeledig. Enerzijds kan anti-institutioneel extremisme op een enigszins verdekte sluimerende wijze vooral een bedreiging vormen voor de democratische rechtsorde. Complottheorieën met een kwaadaardige-elite-narratief doen op basis van feitelijk onjuiste informatie afbreuk aan het vertrouwen in- en de legitimiteit van de overheid en andere instituties die essentieel zijn voor het functioneren van de democratische rechtsorde. Daarnaast kunnen zij onder meer bijdragen aan het versterken van vijandbeelden en verregaande polarisatie tussen verschillende bevolkingsgroepen.
Anderzijds is er mogelijk sprake van een geweldsdreiging. Aanhangers van het kwaadaardige-elite-narratief dragen gezamenlijk bij aan een klimaat waarin individuen geïnspireerd en gemotiveerd kunnen raken om geweld te gebruiken.
Soevereinen ontkennen legitimiteit van de overheid
De soevereinenbeweging maakt deel uit van het bredere anti-institutionele milieu. Het fenomeen ontstond decennia geleden al in de Verenigde Staten met de ‘sovereign citizens’ en waaide over naar verschillende Europese landen, waar het een invulling kreeg die paste bij de eigen nationale context.
Voor de coronapandemie bestond ook in Nederland al een soevereinenbeweging. De afgelopen drie jaar is deze echter aanzienlijk gegroeid, onder meer uit ongenoegen over het coronabeleid. De beweging bestaat vermoedelijk uit enkele duizenden personen.
Deze tekst is onderdeel van DTN 58.